ApoB en cholesterol: de belangrijkste test voor hart- en vaatziekten

Uw cholesterolwaarden in context – ApoB brengt nuance en maakt verborgen risico’s zichtbaar

Cholesterol wordt vaak versimpeld tot “goed” (HDL) en “slecht” (LDL). In werkelijkheid is het een essentiële stof voor uw lichaam: nodig voor de stabiliteit van celmembranen, de aanmaak van hormonen en de productie van vitamine D. Het probleem is niet cholesterol zelf, maar de manier waarop het in lipoproteïnen door uw bloed circuleert. Dáár, in die deeltjes, ligt het werkelijke risico op hart- en vaatziekten.

💡 Het risico komt niet door cholesterol zelf, maar door de deeltjes die het door uw bloed laten circuleren.

Wat is cholesterol?

Cholesterol reist door het bloed verpakt in lipoproteïnen – een soort transportdeeltjes:

LDL (Low-Density Lipoprotein) – vervoert cholesterol van de lever naar de weefsels, waar het onder andere wordt gebruikt voor herstel en opbouw. Onmisbaar dus, maar in overmaat of in kleine, dichte vorm kan LDL bijdragen aan vaatproblemen.
HDL (High-Density Lipoprotein) – werkt als een opruimer: het haalt overtollig cholesterol uit de vaatwand en brengt het terug naar de lever om af te breken of te hergebruiken. Daarmee beschermt HDL de vaten.
VLDL (Very Low-Density Lipoprotein) – transporteert vooral triglyceriden (vetten) die door de lever worden geproduceerd. In het bloed kan VLDL worden omgezet in LDL, waardoor het ook bijdraagt aan de ApoB-belasting.
Triglyceriden – de belangrijkste energiereserve van het lichaam. Bij een gezonde stofwisseling worden ze opgeslagen en verbruikt, maar bij insulineresistentie of een overmaat aan suiker en alcohol stijgt het triglyceridengehalte in het bloed, wat het risico op hart- en vaatziekten vergroot.

💡 Niet de hoeveelheid cholesterol, maar het type deeltje bepaalt uw risico.

Totaal cholesterol en ratio’s

In een standaard bloedonderzoek krijgt u vaak het totaal cholesterol te zien.
• < 5 mmol/L → meestal als “goed” bestempeld
• > 6,5 mmol/L → vaak gezien als “te hoog”

Toch zegt dit getal weinig over uw werkelijke risico. Belangrijker is de verhouding tussen de verschillende deeltjes – de zogeheten ratio’s:

Totaal cholesterol / HDL – geeft de balans weer tussen totaal cholesterol en het beschermende HDL. Idealiter ligt deze waarde onder de 4.
LDL / HDL – laat zien hoeveel LDL er is ten opzichte van HDL. Hoe lager, des te gunstiger.
Triglyceriden / HDL – de sterkste voorspeller van insulineresistentie. Een waarde < 2 is ideaal, > 3 wijst op een verhoogd risico.

💡 Niet de hoogte van het totaal cholesterol is doorslaggevend, maar hoe LDL, HDL en triglyceriden zich tot elkaar verhouden – de verdeling vertelt het echte verhaal.

LDL-cholesterol versus ApoB

LDL-C – laat zien hoeveel cholesterol er ín de LDL-deeltjes zit.
ApoB – telt het aantal deeltjes die cholesterol en triglyceriden vervoeren (LDL, VLDL en IDL).

💡 U kunt het vergelijken met vrachtwagens: LDL-C vertelt hoeveel lading er wordt vervoerd, ApoB laat zien hoeveel vrachtwagens er onderweg zijn. Veel kleine vrachtwagens maken het verkeer drukker en gevaarlijker dan een paar grote. Zo werkt het ook in uw bloed: veel kleine deeltjes geven meer risico op vaatproblemen.

Richtwaarden voor ApoB:
< 0,8 g/L → laag risico
0,8–1,0 g/L → matig risico
> 1,0 g/L → verhoogd risico

💡 ApoB geeft een betrouwbaarder beeld dan LDL-C, omdat het vertelt hoeveel risicovolle deeltjes er werkelijk rondgaan – ook als uw LDL-C normaal lijkt.

Triglyceriden, HDL en insulineresistentie

Een hoge triglyceridenwaarde betekent vaak dat er ook meer VLDL en ApoB circuleren. Een lage HDL verzwakt de bescherming. Samen zijn ze een duidelijke aanwijzing voor metabole ontregeling.

De TG/HDL-ratio is een van de krachtigste voorspellers:
< 2 → ideaal
2–3 → matig risico
> 3 → sterk verhoogd risico

Dit hangt direct samen met HOMA-IR, een berekening van glucose en insuline die laat zien hoe gevoelig uw cellen zijn voor insuline:
< 1,5 → optimaal
1,5–2,5 → beginnende insulineresistentie
> 2,5 → duidelijke insulineresistentie

💡 Een hoge TG/HDL-ratio en een verhoogde HOMA-IR laten zien dat uw stofwisseling uit balans raakt en ApoB stijgt.

Kleine LDL, oxidatie en ontsteking

Niet alle LDL is gelijk:
Grote, luchtige LDL → minder risicovol
Kleine, dichte LDL → dringen makkelijker de vaatwand binnen en oxideren sneller

Oxidatie betekent beschadiging door vrije radicalen, zoals een appel die bruin wordt of ijzer dat roest. Geoxideerd LDL wordt door het immuunsysteem als schadelijk gezien en kan ontstekingen in de vaatwand uitlokken.

hs-CRP is een bloedtest die laat zien of er laaggradige ontstekingen in uw lichaam aanwezig zijn:
< 1 mg/L → laag risico
1–3 mg/L → matig risico
> 3 mg/L → verhoogd risico

💡 Vooral kleine LDL-deeltjes oxideren snel; in combinatie met een verhoogde hs-CRP vergroot dit de kans op vaatbeschadiging aanzienlijk.

Schildklier en lever

Schildklier – De schildklier regelt het tempo van uw stofwisseling. Wanneer de schildklier traag werkt (hypothyreoïdie), kan de lever LDL minder goed uit het bloed opnemen en afbreken. Het gevolg: zowel LDL als ApoB stijgen, vaak samen met triglyceriden.

Lever – De lever is het centrum van de vetstofwisseling: hij maakt cholesterol en VLDL aan, maar voert ze ook af via gal. Als de lever overbelast raakt door bijvoorbeeld alcohol, medicijnen, toxines of voedingstekorten, stapelen cholesteroldeeltjes zich sneller op. Dit leidt tot meer ApoB, verhoogde oxidatieve stress en een ontstekingsgevoelig milieu.

💡 Een gezonde schildklier en lever zijn onmisbaar voor een evenwichtige cholesterolhuishouding.

Genetische factoren

ApoB-mutatie – Een verandering in het ApoB-gen kan ervoor zorgen dat LDL-deeltjes minder goed door de lever worden herkend en afgebroken. Hierdoor blijven ze langer in het bloed circuleren en stijgt het ApoB.

Familiaire hypercholesterolemie (FH) – Komt voor bij ongeveer 1 op de 200 mensen. Hierbij zijn de cholesterolwaarden al vanaf jonge leeftijd sterk verhoogd. Dit geeft een aanzienlijk hoger risico op hart- en vaatziekten op jonge leeftijd.

💡 Bij genetische aanleg zijn waarden vaak al vroeg afwijkend. Toch kan leefstijl veel verschil maken – soms naast medicatie.

Recente wetenschappelijke inzichten

De afgelopen jaren is er veel nieuw onderzoek gedaan naar cholesterol en ApoB. Enkele belangrijke punten:

ApoB betrouwbaarder dan LDL-C – ApoB voorspelt hart- en vaatziekten beter dan LDL-C, zelfs wanneer LDL-C normaal lijkt. Richtwaarden: <0,8 g/L laag risico; <0,65 g/L bij zeer hoog risico.
Non-HDL-C als alternatief – Als ApoB niet wordt gemeten, geeft non-HDL-C een goed beeld van alle risicovolle deeltjes.
Niet-nuchter testen – Voor de meeste mensen is een niet-nuchter bloedonderzoek voldoende; alleen bij hoge triglyceriden is nuchter herhalen nuttig.
Betere berekening van LDL – Nieuwe formules (Martin–Hopkins of Sampson) zijn nauwkeuriger dan de klassieke Friedewald-formule, vooral bij hoge triglyceriden.
Remnant-cholesterol – Dit “restcholesterol” blijkt zelf atherogeen en draagt bij aan vaatziekten, vooral bij mensen met hoge triglyceriden. Lp(a): eenmaal meten – Lp(a) is een erfelijke risicofactor; het wordt aanbevolen dit ten minste één keer in uw leven te laten bepalen.
CAC-score – Een CT-scan die kalk in de kransslagaders meet. CAC=0 kan geruststellen; CAC>100 betekent dat intensieve preventie nodig is.

💡 De focus verschuift: van alleen LDL-C naar ApoB, non-HDL-C, ontsteking en insulineresistentie – voor een vollediger risicobeeld.

Diagnostische checklist

Een volledig beeld van uw cholesterolhuishouding en risico’s ontstaat door meerdere markers samen te meten:
• Lipidenprofiel (meestal niet-nuchter voldoende)
• Totaal cholesterol, HDL, triglyceriden en LDL (bij voorkeur berekend via Martin–Hopkins).
• Non-HDL-C (totaal cholesterol minus HDL) geeft een beter beeld dan LDL alleen.

Atherogene deeltjes
• ApoB: voorkeurstest; laat zien hoeveel risicovolle deeltjes er circuleren.
• Geen ApoB? Gebruik non-HDL-C als alternatief.

Ontsteking en stofwisseling
• hs-CRP: marker voor laaggradige ontstekingen.
• HOMA-IR: marker voor insulinegevoeligheid.

Bij hoge triglyceriden of residueel risico
• Remnant-cholesterol: vaak verhoogd bij insulineresistentie.

Eenmalig in de levensloop
• Lp(a): erfelijke risicofactor; een keer meten is meestal voldoende.

Beeldvorming bij twijfel
• CAC-score (CT-scan): meet kalk in de kransslagaders en verfijnt het risicobeeld.

💡 Door meerdere markers te combineren – van ApoB tot hs-CRP en CAC-score – krijgt u een veel vollediger beeld van uw gezondheid dan met één getal.

Functional Medicine perspectief

Naast de standaard cholesteroltesten kijken wij binnen Functional Medicine breder. Bij DNA Care meten we alle relevante markers die samen een compleet beeld geven:

ApoB – aantal risicovolle deeltjes
LDL-C, HDL-C, triglyceriden en ratio’s – basisprofiel
Non-HDL-C en remnant-cholesterol – aanvullende risicofactoren
hs-CRP – marker voor laaggradige ontstekingen
HOMA-IR – maat voor insulinegevoeligheid
Lp(a) – erfelijke risicofactor (eenmalig meten)
Genetische testen – o.a. ApoB-varianten, ApoE en familiaire hypercholesterolemie
Functionele testen – zoals vetzuurprofielen, oxidatieve stress en hormoonbalans

Zo ontstaat er niet alleen een beeld van uw risico, maar ook van de oorzaken die bij u spelen.

💡 Bij DNA Care brengen we alle markers samen in kaart, zodat u inzicht krijgt in zowel uw risico als de onderliggende oorzaken.

Functional Medicine benadering

Binnen Functional Medicine kijken we verder dan de getallen op een labformulier. Een verhoogd ApoB is nooit een oorzaak op zich, maar een signaal dat er onderliggend iets uit balans is. Belangrijke factoren zijn:

Insulineresistentie – Wanneer uw cellen minder gevoelig worden voor insuline, stijgen de triglyceriden en neemt het aantal ApoB-deeltjes toe. Dit proces begint vaak al jaren vóór diabetes zichtbaar is.
Laaggradige ontstekingen – Een stille vorm van ontsteking die de vaatwand kwetsbaar maakt en LDL-deeltjes sneller laat oxideren. Dit vergroot het risico op atherosclerose.
Hormonale verstoringen – Denk aan een trage schildklier (hypothyreoïdie) of disbalans in stress- en geslachtshormonen. Hormonen sturen direct de vetstofwisseling en het cholesterolmetabolisme aan.
Leverbelasting – De lever is het centrum van cholesterolproductie en -afbraak. Als deze overbelast is door alcohol, toxines, medicatie of voedingstekorten, raakt het cholesterolprofiel uit balans.
Chronische stress (HPA-as) – Een ontregelde stress-as verhoogt cortisol, wat insulineresistentie versterkt en laaggradige ontstekingen voedt. Dit heeft een directe invloed op ApoB en triglyceriden.

💡 Een verhoogd ApoB vertelt dus niet alleen iets over cholesterol, maar over de bredere staat van uw stofwisseling, hormonen, lever en stresssysteem.

Praktische stappen

Voeding – Kies dagelijks voor veel groenten, vezels, peulvruchten, noten en omega-3-rijke voeding (zoals vette vis of algenolie). Beperk suiker, alcohol en transvetten.
Beweging – Regelmatige beweging verlaagt triglyceriden en verhoogt HDL. Zowel wandelen, fietsen en krachttraining als intervaltraining verbeteren de stofwisseling.
Insulinegevoeligheid verbeteren – Minder snelle koolhydraten, meer vezels, krachttraining, buikvet verminderen, stress verlagen en beter slapen zorgen ervoor dat uw cellen gevoeliger worden voor insuline. Dit verlaagt ApoB en triglyceriden.
Stress en HPA-as balans – De HPA-as (hypothalamus–hypofyse–bijnier-as) regelt uw stressrespons. Chronisch verhoogd cortisol verhoogt ApoB, triglyceriden en ontsteking. Ontspanningsoefeningen, meditatie, ademhaling, voldoende slaap en matige beweging helpen om de HPA-as te herstellen.
Slaap – 7–9 uur kwalitatieve slaap ondersteunt uw metabolisme, hormonen en herstel van de HPA-as.
Suppletie – Waar nodig kan gerichte ondersteuning op basis van bloedonderzoek zinvol zijn, bijvoorbeeld omega-3 (beschermt LDL en verlaagt triglyceriden), magnesium, co-enzym Q10 (Ubiquinol) en specifieke antioxidanten.

💡 Door insulinegevoeligheid te verbeteren én de HPA-as in balans te brengen, kunt u uw ApoB en cholesterolhuishouding krachtig beïnvloeden.

Conclusie

Het echte cholesterolverhaal gaat niet over “goed” of “slecht” cholesterol, maar over de balans van de verschillende deeltjes, hun aantal en de omstandigheden waarin ze circuleren.

ApoB laat zien hoeveel risicovolle deeltjes er zijn.
Triglyceriden en HDL geven inzicht in uw metabole gezondheid.
hs-CRP en HOMA-IR tonen laaggradige ontstekingsdynamieken en insulineresistentie.
Schildklier en lever bepalen hoe cholesterol wordt verwerkt.

💡 Uw risico op hart- en vaatziekten wordt niet bepaald door één getal, maar door de context. ApoB helpt u dat totaalplaatje te begrijpen.

“Preventie begint bij inzicht – elke marker vertelt een stukje van uw verhaal.”



Bent u geïnteresseerd geraakt?

Neem dan gerust contact op voor meer informatie.

Maak een afspraak Stel een vraag Aanmelden als nieuwe cliënt